‘Van oudsher kleden vrijmetselaren zich met een schootsvel, als het onderscheidend embleem van hun handwerk.
Het is om die reden dat ik U met dit schootsvel wil bekleden.
Onthoud, mijn Broeder, dat dit schootsvel ouder is dan het Gulden Vlies of de Romeinse adelaar en meer eervol dan welke onderscheiding ook onder de zon die u ooit verleend zou kunnen worden.
Koningen hebben zich niet geschaamd het te dragen; het is het teken der onschuld en het zinnebeeld van ware vriendschap. Ik hoop dat ge het vele jaren zult mogen dragen, tot nut van het handwerk en tot eer van de loge waarin ge heden zijt aangenomen.
Wanneer gij het nimmer onwaardig wordt, zo zal het u nimmer onteren.’


Zo luidt de traditionele tekst die wordt uitgesproken bij de bekleding van de Leerling, onmiddellijk na zijn aanneming. Een tekst die het eminente belang van het schootsvel voor de vrijmetselaar beter verwoordt, zal moeilijk te vinden zijn.
In 2001 werd het 52ste jaargang van het het tijdschrift THOTH (een tijdschrift voor Vrijmetselaren) uitgegeven met het thema Schootsvellen.
Het, schootsvel is een kenmerkend gegeven binnen de materiële cultuur van de
Vrijmetselarij. Naast het rituele aspect is trouwens die materiële vormgeving wel
één van de meest herkenbare en kenmerkende trekken van de Vrijmetselarij door
de eeuwen heen.
Wil je meer weten over de geschiedenis van Schootsvellen, download dan de PDF hieronder
